Europese Betekeningsverordening 2020/1784
Inleiding Europese Betekeningsverordening
Op 13 november 2007 heeft de Europese Unie de herziene Betekeningsverordening (EG) 1393/2007 uitgevaardigd. De considerans onder (2) formuleert de doelstelling van de verordening aldus:
“Het is voor de goede werking van de interne markt nodig de verzending tussen de lidstaten van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke of in handelszaken, met het oog op betekening of kennisgeving ervan, te verbeteren en te versnellen.”
Zoals uit de considerans blijkt, geldt deze verordening uitsluitend voor in burgerlijke en handelszaken. De tot dan toe geldende Betekeningsverordening (EG) nr. 1348/2000 van 29 mei 2000 is daarbij ingetrokken. Zie voor betekening aan personen in andere landen dan de Lidstaten van de EU de pagina Exploten.
Herziene betekeningsverordening 2020/1784
Per 1 mei 2023 is de Uitvoeringswet Betekeningsverordening tot invoering van de (opnieuw) herziene Betekeningsverordening 2020/1784 van kracht geworden.
De grensoverschrijdende betekening van instantie aan instantie moet nu plaatsvinden via een digitaal systeem (e-Codex), waarop de Lidstaten decentraal worden aangesloten. Wanneer rechtstreekse digitale betekening is toegestaan, wordt dat onder de nieuwe Betekeningsverordening ook mogelijk.
Ook moeten de Lidstaten andere Lidstaten helpen met het opsporen van personen ten behoeve van de betekening. Daartoe is art. 7 Betekeningsverordening 2020/1784 ingevoerd, welke is geïmplementeerd in art. 4a Uitvoeringswet.
De bepalingen van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering inzake grensoverschrijdende betekening zijn eveneens aangepast ter implementatie van de gewijzigde verordening. Te weten art. 56 Rv. en art. 277 Rv. (deze cursieve links verwijzen naar het eengemaakte Rv.).
NB de onderstaande tekst is grotendeels nog niet aangepast aan de nieuwe verordening, afgezien van onderstaande inhoudsopgave.
Inhoud van de Betekeningsverordening
De Betekeningsverordening omvat 26 artikelen. De inhoud van de herziene Betekeningsverordening is:
Hoofdstuk I Algemene bepalingen
art. 1 Werkingssfeer
art. 2 Definities (nieuw)
art. 3 Verzendende en ontvangende instanties (was art. 2)
art. 4 Centrale instantie (was art. 3)
art. 5 Communicatiemiddelen verzendende, ontvangende en centrale instanties (nieuw)
art. 6 Rechtsgevolgen van elektronische stukken (nieuw)
art. 7 Bijstand bij het achterhalen van adressen (nieuw)
Hoofdstuk II Gerechtelijke stukken
Afd. 1 Verzending en betekening of kennisgeving van gerechtelijke stukken
art. 8 Verzending van stukken (was art. 4)
art. 9 Vertaling van stukken (was art. 5)
art. 10 Ontvangst van stukken door de ontvangende instantie (was art. 6)
art. 11 Betekening of kennisgeving van stukken (was art. 7)
art. 12 Weigering van ontvangst van een stuk (was art. 8).
art. 13 Datum van betekening of kennisgeving (was art. 9)
art. 14 Certificaat van betekening of kennisgeving en afschrift van het stuk waarvan de betekening of kennisgeving is verricht (was art. 10)
art. 15 Kosten van betekening of kennisgeving (was art. 11)
Afd. 2 Andere wijzen van verzending en betekening of kennisgeving van gerechtelijke stukken
art. 16 Toezending langs consulaire of diplomatieke weg (was art. 12)
art. 17 Betekening of kennisgeving door de zorg van diplomatieke of consulaire ambtenaren (was 13)
art. 18 Betekening of kennisgeving per post (was art. 14)
art. 19 Elektronische betekening of kennisgeving (nieuw)
art. 20 Rechtstreekse betekening of kennisgeving (was art. 15)
Hoofdstuk III Buitengerechtelijke stukken
art. 21 Verzending en betekening of kennisgeving van buitengerechtelijke stukken (was art. 16)
Hoofdstuk IV Slotbepalingen
art. 22 Niet verschenen verweerder (was art. 19)
art. 23 Wijziging van Bijlage I (nieuw)
art. 24 Uitoefening van de bevoegdheidsdelegatie (nieuw)
art. 25 Vaststelling van uitvoeringshandelingen door de Commissie (nieuw)
art. 26 Comitéprocedure (nieuw)
art. 27 Referentie-implementatiesoftware (nieuw)
art. 28 Kosten van het gedecentraliseerde IT-systeem (nieuw)
art. 29 Verband met overeenkomsten of regelingen tussen Lidstaten (was art. 20)
art. 30 Rechtsbijstand (was art. 21 en heette ‘Rechtshulp’)
art. 31 Bescherming van verzonden gegevens (was art. 22)
art. 32 Eerbiediging van de grondrechten uit hoofde van het Unierecht (nieuw)
art. 33 Mededeling, bekendmaking en handleiding (was art. 23 ‘Bekendmaking’)
art. 34 Monitoring (was art. 24 ‘Toetsing’)
art. 35 Evaluatie (nieuw)
art. 36 Intrekking Verordening (EG) nr. 1393/2007
art. 37 Inwerkingtreding en toepassing
Art. 1 Betekeningsverordening – Toepassingsgebied
In art. 1 Betekeningsverordening wordt het toepassingsbereik van de verordening gedefinieerd:
“Deze verordening is van toepassing in burgerlijke en in handelszaken, waarin een gerechtelijk of buitengerechtelijk stuk van een lidstaat naar een andere lidstaat moet worden verzonden ter betekening of kennisgeving aldaar.”
De verordening is niet bedoeld voor andere procedures, zoals fiscale, douane- en/of administratieve zaken of in het geval van aansprakelijkheid van de staat voor handelingen of omissies bij de uitoefening van het overheidsgezag („acta iure imperii”). Denemarken heeft zich ook aangesloten (zie onder).
De verordening is ook niet van toepassing als het adres van de ontvanger onbekend is (lid 2).
Art. 2 Betekeningsverordening – Verzendende en ontvangende instanties
Elke lidstaat wijst de deurwaarders, autoriteiten of andere personen aan, hierna „verzendende instanties” genoemd, die bevoegd zijn gerechtelijke of buitengerechtelijke stukken te verzenden ter betekening of kennisgeving in een andere lidstaat.
Elke lidstaat wijst de deurwaarders, autoriteiten of andere personen aan, hierna „ontvangende instanties” genoemd, die bevoegd zijn van een andere lidstaat afkomstige gerechtelijke of buitengerechtelijke stukken in ontvangst te nemen.
Art. 6 Betekeningsverordening – Ontvangstbewijs
De ontvangende instantie stuurt de verzendende instantie zo spoedig mogelijk (binnen 7 dagen) een ontvangstbevestiging langs de snelst mogelijke weg een ontvangstbewijs, overeenkomstig het modelformulier in bijlage I (art. 6 lid 1 Betekeningsverordening).
Art. 19 Betekeningsverordening (nieuw)
Ter implementatie van art. 19 Betekeningsverordening (nieuw) inzake de Elektronische betekening of kennisgeving is de Uitvoeringswet gewijzigd door toevoeging van art. 5a Uitv. wet, dat luidt.
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen aanvullende voorwaarden worden gesteld waaronder elektronische betekening of kennisgeving per e-mail wordt aanvaard, een en ander als bedoeld in artikel 19, eerste lid, onder b, van de verordening.
Art. 19 Betekeningsverordening (oud) (Niet verschenen verweerder)
De rechter moet toetsen of het niet verschijnen van een verweerder uit een andere Lidstaat is toe te rekenen aan een fout in de betekening van de procesinleiding, of dat de verweerder wel deugdelijk is opgeroepen.
De rechter moet de zaak dan aanhouden, totdat:
a. hetzij van het stuk betekening of kennisgeving is gedaan met inachtneming van de in de wetgeving van de aangezochte lidstaat voorgeschreven vormen voor de betekening of kennisgeving van stukken die in dat land zijn opgemaakt en voor zich op het grondgebied van dat land bevindende personen bestemd zijn, of
b. hetzij het stuk daadwerkelijk is afgegeven aan de verweerder in persoon of aan zijn woonplaats op een andere in deze verordening geregelde wijze,
en dat de betekening of kennisgeving respectievelijk de afgifte zo tijdig is geschied dat de verweerder gelegenheid heeft gehad verweer te voeren.
Elke lidstaat is bevoegd, overeenkomstig artikel 23, lid 1, te verklaren dat zijn rechters in afwijking van lid 1 een beslissing kunnen geven, ook wanneer geen certificaat van betekening, kennisgeving of afgifte is ontvangen, indien aan elk van de voorwaarden opgenomen in a t/m c is voldaan (lid 2).
De rechter mag in spoedeisende gevallen hangende de toetsing van de oproeping steeds bewarende of voorlopige maatregelen nemen (lid 3).
Wanneer een stuk dat het geding inleidt of een daarmee gelijk te stellen stuk overeenkomstig de bepalingen van deze verordening ter betekening of kennisgeving naar een andere lidstaat moest worden gezonden en de verweerder bij verstek is veroordeeld, kan de rechter, indien de termijn waarbinnen een rechtsmiddel had moeten worden aangewend is verstreken, de verweerder een nieuwe termijn toestaan waarbinnen hij het rechtsmiddel alsnog kan aanwenden, onder bepaalde voorwaarden (lid 4). Een dergelijk verzoek moet binnen een redelijke termijn worden ingediend.
De regeling van lid 4 is niet van toepassing op beslissingen betreffende de staat of bekwaamheid van personen (lid 5).
art. 20 Verband met overeenkomsten of regelingen waarbij de lidstaten partij zijn
art. 21 Rechtshulp
art. 22 Bescherming van verzonden gegevens
art. 23 Bekendmaking gegevens
art. 24 Regelmatige toetsing Verordening
art. 25 Intrekking Verordening (EG) 1348/2000
art. 26 Inwerkingtreding
Verzendende en ontvangende instantie
De Betekeningsverordening kent een zgn. “verzendende instantie” (art. 2 lid 1 Betekeningsverordening) en een “ontvangende instantie” (art. 2 lid 2 Betekeningsverordening). Elke Lidstaat wijst die voor de eigen lokale situatie aan. Dit kunnen zijn Elke lidstaat wijst de deurwaarders, autoriteiten of andere personen, die bevoegd zijn gerechtelijke of buitengerechtelijke stukken te verzenden ter betekening of kennisgeving in een andere lidstaat resp. bevoegd zijn van een andere lidstaat afkomstige gerechtelijke of buitengerechtelijke stukken in ontvangst te nemen. In Nederland is als verzendende instantie de deurwaarder aangewezen.
Taal van het te betekenen stuk
Volgens art. 8 lid 1 Betekeningsverordening kan de “ontvangende instantie” het stuk weigeren en terugsturen met het daartoe bedoelde formulier, wanneer het stuk niet is gesteld in één van de volgende talen:
a. een taal die degene voor wie het stuk bestemd is, begrijpt, of
b. de officiële taal van de aangezochte lidstaat of, indien er verscheidene officiële talen in de aangezochte lidstaat zijn, de officiële taal of een van de officiële talen van de plaats waar de betekening of kennisgeving moet worden verricht.
De ontvangende instantie kan dit ook doen nadat de betekening heeft plaatsgevonden en de geadresseerde het stuk heeft geweigerd omdat dit is gesteld in een taal die hij niet beheerst (lid 2).
Tijdstip van betekening na terugzending
Als tijdstip van betekening na terugzending geldt de hernieuwde betekening – met de gevraagde vertaling erbij. Wanneer de betekening echter binnen een bepaalde termijn moet plaatsvinden, dan geldt als tijdstip van betekening de datum van de oorspronkelijke aanbieding (lid 3).
Art. 14 Verzending per aangetekende post
Volgens art. 14 Betekeningsverordening kan de betekening of kennisgeving van gerechtelijke stukken aan in een andere lidstaat verblijvende personen ook rechtstreeks worden gedaan via de post bij aangetekend schrijven met ontvangstbevestiging of op gelijkwaardige wijze.
Werkingsgebied territoriaal en uitvoeringswet
De Betekeningsverordening is van toepassing in alle Lidstaten, exclusief Denemarken (artikel 1 lid 3 Betekeningsverordening). Denemarken heeft zich echter bij afzonderlijk verdrag aangesloten, zodat de Betekeningsverordening ook in Denemarken van kracht is.
In het kader van de Brexit zal moeten worden bezien, welke gevolgen dit heeft voor de verordening. Zie voor de ontwikkelingen inzake de Brexit het blog Brexit: wat zijn de juridische gevolgen?
Ter implementatie van de verordening – onder meer ter aanwijzing van de in de verordening benoemde instanties – heeft de Nederlandse wetgever de Uitvoeringswet Betekeningsverordening uitgevaardigd.
Auteur & Last edit
[MdV, 4-02-2020; laatste bewerking 6-06-2023]
Europese Betekeningsverordening 2020/1784
Inleiding Europese Betekeningsverordening
Op 13 november 2007 heeft de Europese Unie de herziene Betekeningsverordening (EG) 1393/2007 uitgevaardigd. De considerans onder (2) formuleert de doelstelling van de verordening aldus:
“Het is voor de goede werking van de interne markt nodig de verzending tussen de lidstaten van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke of in handelszaken, met het oog op betekening of kennisgeving ervan, te verbeteren en te versnellen.”
Zoals uit de considerans blijkt, geldt deze verordening uitsluitend voor in burgerlijke en handelszaken. De tot dan toe geldende Betekeningsverordening (EG) nr. 1348/2000 van 29 mei 2000 is daarbij ingetrokken. Zie voor betekening aan personen in andere landen dan de Lidstaten van de EU de pagina Exploten.
Herziene betekeningsverordening 2020/1784
Per 1 mei 2023 is de Uitvoeringswet Betekeningsverordening tot invoering van de (opnieuw) herziene Betekeningsverordening 2020/1784 van kracht geworden.
De grensoverschrijdende betekening van instantie aan instantie moet nu plaatsvinden via een digitaal systeem (e-Codex), waarop de Lidstaten decentraal worden aangesloten. Wanneer rechtstreekse digitale betekening is toegestaan, wordt dat onder de nieuwe Betekeningsverordening ook mogelijk.
Ook moeten de Lidstaten andere Lidstaten helpen met het opsporen van personen ten behoeve van de betekening. Daartoe is art. 7 Betekeningsverordening 2020/1784 ingevoerd, welke is geïmplementeerd in art. 4a Uitvoeringswet.
De bepalingen van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering inzake grensoverschrijdende betekening zijn eveneens aangepast ter implementatie van de gewijzigde verordening. Te weten art. 56 Rv. en art. 277 Rv. (deze cursieve links verwijzen naar het eengemaakte Rv.).
NB de onderstaande tekst is grotendeels nog niet aangepast aan de nieuwe verordening, afgezien van onderstaande inhoudsopgave.
Inhoud van de Betekeningsverordening
De Betekeningsverordening omvat 26 artikelen. De inhoud van de herziene Betekeningsverordening is:
Hoofdstuk I Algemene bepalingen
art. 1 Werkingssfeer
art. 2 Definities (nieuw)
art. 3 Verzendende en ontvangende instanties (was art. 2)
art. 4 Centrale instantie (was art. 3)
art. 5 Communicatiemiddelen verzendende, ontvangende en centrale instanties (nieuw)
art. 6 Rechtsgevolgen van elektronische stukken (nieuw)
art. 7 Bijstand bij het achterhalen van adressen (nieuw)
Hoofdstuk II Gerechtelijke stukken
Afd. 1 Verzending en betekening of kennisgeving van gerechtelijke stukken
art. 8 Verzending van stukken (was art. 4)
art. 9 Vertaling van stukken (was art. 5)
art. 10 Ontvangst van stukken door de ontvangende instantie (was art. 6)
art. 11 Betekening of kennisgeving van stukken (was art. 7)
art. 12 Weigering van ontvangst van een stuk (was art. 8).
art. 13 Datum van betekening of kennisgeving (was art. 9)
art. 14 Certificaat van betekening of kennisgeving en afschrift van het stuk waarvan de betekening of kennisgeving is verricht (was art. 10)
art. 15 Kosten van betekening of kennisgeving (was art. 11)
Afd. 2 Andere wijzen van verzending en betekening of kennisgeving van gerechtelijke stukken
art. 16 Toezending langs consulaire of diplomatieke weg (was art. 12)
art. 17 Betekening of kennisgeving door de zorg van diplomatieke of consulaire ambtenaren (was 13)
art. 18 Betekening of kennisgeving per post (was art. 14)
art. 19 Elektronische betekening of kennisgeving (nieuw)
art. 20 Rechtstreekse betekening of kennisgeving (was art. 15)
Hoofdstuk III Buitengerechtelijke stukken
art. 21 Verzending en betekening of kennisgeving van buitengerechtelijke stukken (was art. 16)
Hoofdstuk IV Slotbepalingen
art. 22 Niet verschenen verweerder (was art. 19)
art. 23 Wijziging van Bijlage I (nieuw)
art. 24 Uitoefening van de bevoegdheidsdelegatie (nieuw)
art. 25 Vaststelling van uitvoeringshandelingen door de Commissie (nieuw)
art. 26 Comitéprocedure (nieuw)
art. 27 Referentie-implementatiesoftware (nieuw)
art. 28 Kosten van het gedecentraliseerde IT-systeem (nieuw)
art. 29 Verband met overeenkomsten of regelingen tussen Lidstaten (was art. 20)
art. 30 Rechtsbijstand (was art. 21 en heette ‘Rechtshulp’)
art. 31 Bescherming van verzonden gegevens (was art. 22)
art. 32 Eerbiediging van de grondrechten uit hoofde van het Unierecht (nieuw)
art. 33 Mededeling, bekendmaking en handleiding (was art. 23 ‘Bekendmaking’)
art. 34 Monitoring (was art. 24 ‘Toetsing’)
art. 35 Evaluatie (nieuw)
art. 36 Intrekking Verordening (EG) nr. 1393/2007
art. 37 Inwerkingtreding en toepassing
Art. 1 Betekeningsverordening – Toepassingsgebied
In art. 1 Betekeningsverordening wordt het toepassingsbereik van de verordening gedefinieerd:
“Deze verordening is van toepassing in burgerlijke en in handelszaken, waarin een gerechtelijk of buitengerechtelijk stuk van een lidstaat naar een andere lidstaat moet worden verzonden ter betekening of kennisgeving aldaar.”
De verordening is niet bedoeld voor andere procedures, zoals fiscale, douane- en/of administratieve zaken of in het geval van aansprakelijkheid van de staat voor handelingen of omissies bij de uitoefening van het overheidsgezag („acta iure imperii”). Denemarken heeft zich ook aangesloten (zie onder).
De verordening is ook niet van toepassing als het adres van de ontvanger onbekend is (lid 2).
Art. 2 Betekeningsverordening – Verzendende en ontvangende instanties
Elke lidstaat wijst de deurwaarders, autoriteiten of andere personen aan, hierna „verzendende instanties” genoemd, die bevoegd zijn gerechtelijke of buitengerechtelijke stukken te verzenden ter betekening of kennisgeving in een andere lidstaat.
Elke lidstaat wijst de deurwaarders, autoriteiten of andere personen aan, hierna „ontvangende instanties” genoemd, die bevoegd zijn van een andere lidstaat afkomstige gerechtelijke of buitengerechtelijke stukken in ontvangst te nemen.
Art. 6 Betekeningsverordening – Ontvangstbewijs
De ontvangende instantie stuurt de verzendende instantie zo spoedig mogelijk (binnen 7 dagen) een ontvangstbevestiging langs de snelst mogelijke weg een ontvangstbewijs, overeenkomstig het modelformulier in bijlage I (art. 6 lid 1 Betekeningsverordening).
Art. 19 Betekeningsverordening (nieuw)
Ter implementatie van art. 19 Betekeningsverordening (nieuw) inzake de Elektronische betekening of kennisgeving is de Uitvoeringswet gewijzigd door toevoeging van art. 5a Uitv. wet, dat luidt.
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen aanvullende voorwaarden worden gesteld waaronder elektronische betekening of kennisgeving per e-mail wordt aanvaard, een en ander als bedoeld in artikel 19, eerste lid, onder b, van de verordening.
Art. 19 Betekeningsverordening (oud) (Niet verschenen verweerder)
De rechter moet toetsen of het niet verschijnen van een verweerder uit een andere Lidstaat is toe te rekenen aan een fout in de betekening van de procesinleiding, of dat de verweerder wel deugdelijk is opgeroepen.
De rechter moet de zaak dan aanhouden, totdat:
a. hetzij van het stuk betekening of kennisgeving is gedaan met inachtneming van de in de wetgeving van de aangezochte lidstaat voorgeschreven vormen voor de betekening of kennisgeving van stukken die in dat land zijn opgemaakt en voor zich op het grondgebied van dat land bevindende personen bestemd zijn, of
b. hetzij het stuk daadwerkelijk is afgegeven aan de verweerder in persoon of aan zijn woonplaats op een andere in deze verordening geregelde wijze,
en dat de betekening of kennisgeving respectievelijk de afgifte zo tijdig is geschied dat de verweerder gelegenheid heeft gehad verweer te voeren.
Elke lidstaat is bevoegd, overeenkomstig artikel 23, lid 1, te verklaren dat zijn rechters in afwijking van lid 1 een beslissing kunnen geven, ook wanneer geen certificaat van betekening, kennisgeving of afgifte is ontvangen, indien aan elk van de voorwaarden opgenomen in a t/m c is voldaan (lid 2).
De rechter mag in spoedeisende gevallen hangende de toetsing van de oproeping steeds bewarende of voorlopige maatregelen nemen (lid 3).
Wanneer een stuk dat het geding inleidt of een daarmee gelijk te stellen stuk overeenkomstig de bepalingen van deze verordening ter betekening of kennisgeving naar een andere lidstaat moest worden gezonden en de verweerder bij verstek is veroordeeld, kan de rechter, indien de termijn waarbinnen een rechtsmiddel had moeten worden aangewend is verstreken, de verweerder een nieuwe termijn toestaan waarbinnen hij het rechtsmiddel alsnog kan aanwenden, onder bepaalde voorwaarden (lid 4). Een dergelijk verzoek moet binnen een redelijke termijn worden ingediend.
De regeling van lid 4 is niet van toepassing op beslissingen betreffende de staat of bekwaamheid van personen (lid 5).
art. 20 Verband met overeenkomsten of regelingen waarbij de lidstaten partij zijn
art. 21 Rechtshulp
art. 22 Bescherming van verzonden gegevens
art. 23 Bekendmaking gegevens
art. 24 Regelmatige toetsing Verordening
art. 25 Intrekking Verordening (EG) 1348/2000
art. 26 Inwerkingtreding
Verzendende en ontvangende instantie
De Betekeningsverordening kent een zgn. “verzendende instantie” (art. 2 lid 1 Betekeningsverordening) en een “ontvangende instantie” (art. 2 lid 2 Betekeningsverordening). Elke Lidstaat wijst die voor de eigen lokale situatie aan. Dit kunnen zijn Elke lidstaat wijst de deurwaarders, autoriteiten of andere personen, die bevoegd zijn gerechtelijke of buitengerechtelijke stukken te verzenden ter betekening of kennisgeving in een andere lidstaat resp. bevoegd zijn van een andere lidstaat afkomstige gerechtelijke of buitengerechtelijke stukken in ontvangst te nemen. In Nederland is als verzendende instantie de deurwaarder aangewezen.
Taal van het te betekenen stuk
Volgens art. 8 lid 1 Betekeningsverordening kan de “ontvangende instantie” het stuk weigeren en terugsturen met het daartoe bedoelde formulier, wanneer het stuk niet is gesteld in één van de volgende talen:
a. een taal die degene voor wie het stuk bestemd is, begrijpt, of
b. de officiële taal van de aangezochte lidstaat of, indien er verscheidene officiële talen in de aangezochte lidstaat zijn, de officiële taal of een van de officiële talen van de plaats waar de betekening of kennisgeving moet worden verricht.
De ontvangende instantie kan dit ook doen nadat de betekening heeft plaatsgevonden en de geadresseerde het stuk heeft geweigerd omdat dit is gesteld in een taal die hij niet beheerst (lid 2).
Tijdstip van betekening na terugzending
Als tijdstip van betekening na terugzending geldt de hernieuwde betekening – met de gevraagde vertaling erbij. Wanneer de betekening echter binnen een bepaalde termijn moet plaatsvinden, dan geldt als tijdstip van betekening de datum van de oorspronkelijke aanbieding (lid 3).
Art. 14 Verzending per aangetekende post
Volgens art. 14 Betekeningsverordening kan de betekening of kennisgeving van gerechtelijke stukken aan in een andere lidstaat verblijvende personen ook rechtstreeks worden gedaan via de post bij aangetekend schrijven met ontvangstbevestiging of op gelijkwaardige wijze.
Werkingsgebied territoriaal en uitvoeringswet
De Betekeningsverordening is van toepassing in alle Lidstaten, exclusief Denemarken (artikel 1 lid 3 Betekeningsverordening). Denemarken heeft zich echter bij afzonderlijk verdrag aangesloten, zodat de Betekeningsverordening ook in Denemarken van kracht is.
In het kader van de Brexit zal moeten worden bezien, welke gevolgen dit heeft voor de verordening. Zie voor de ontwikkelingen inzake de Brexit het blog Brexit: wat zijn de juridische gevolgen?
Ter implementatie van de verordening – onder meer ter aanwijzing van de in de verordening benoemde instanties – heeft de Nederlandse wetgever de Uitvoeringswet Betekeningsverordening uitgevaardigd.
Auteur & Last edit
[MdV, 4-02-2020; laatste bewerking 6-06-2023]
Europese Betekeningsverordening 2020/1784
Zoeken binnen de kennisbank
Lawyrup, jouw gratis kennisbank over burgerlijk (proces)recht!